Voor het watervast (D4) verlijmen en lamineren van vrijwel alle zachte, harde en exotische houtsoorten. Toepasbaar voor goed passende, niet-dragende houtconstructies d.m.v. diverse vingerlassen, zwaluwstaarten, pen-gat verbindingen, drevels en veren. Geschikt voor binnen- en buitentoepassingen zoals kozijnen, ramen, deuren, schuttingen en meubels. Voor vlakverlijming van hout, zacht- en hardboard, spaanplaat, multiplex, MDF, papier, karton en board. Ook voor het lamineren van fineer en hard plastic plaat (HPL; Formica, Duropal, Resopal) op houten ondergronden. D4: Binnenruimten, waar regelmatig gedurende langere perioden langslopend water of condens optreedt. Buitenruimten blootgesteld aan weersinvloeden, waarbij een adequate bescherming van het gelijmde hout aanwezig is.

De temperatuur van omgeving, de lijm en de te verlijmen materialen mag niet lager zijn dan +5°C. Relatieve vochtigheid tot 65%. Het houtvochtgehalte moet tussen de 8% en 16% liggen.

De te lijmen oppervlakken moeten schoon, droog en stofvrij zijn. Zorg voor een goed passende verbinding.

Vette houtsoorten vooraf ontvetten.

Fijngetande lijmkam (1 mm), kwast of roller, klem of pers.

Voor gebruik goed oproeren.

Alleen verdunnen met water.

5-7 m²/kg, eenzijdig opgebracht, afhankelijk van de aard van de materialen.

De lijm dun en gelijkmatig op één of beide delen aanbrengen m.b.v. fijngetande lijmkam (1 mm), kwast of roller. Lijm enkele minuten laten intrekken. Verbinding binnen 8 minuten monteren en klemmen of persen.

Let op voor aantasting van metalen (b.v. onderdelen van pompen/machines). Gebruik zuurresistente componenten bij machinale verwerking.

Natte lijmresten direct verwijderen met water. Opgedroogde lijmresten zijn alleen mechanisch te verwijderen.

Opslaan in goed gesloten verpakking op een droge plaats bij een temperatuur tussen +10°C en +20°C.